Week 29-30

• Tijd voor de buggy?

• Even wuiven, misschien

• Op eigen benen staan

Kan je baby al zelfstandig zitten? Dan zou hij van de kinderwagen naar een buggy mogen. Je kunt dat het beste langzaam opbouwen en niet meteen hele stukken ermee lopen, want dat zitten is in het begin nog best intensief.

Een ander uitzicht

Grote kans dat je kindje het enorm leuk vindt, want vanuit dit perspectief had hij nog niet door de straat gereden. Was het uitzicht eerder de kap van de kinderwagen of de lucht boven hem, nu ziet hij ineens overal benen. Vooral kinderen zijn interessant, want die komen op ooghoogte.

Zwaaien

Are you talking to me? Rond deze tijd herkent je kindje zijn of haar eigen naam. En wat hier leuk mee samenvalt is, is de kunst van het zwaaien. Dat wordt roepen, naar je kindje zwaaien én als reactie een zwaaiend handje terugkrijgen. Zo’n cool nieuw trucje moet natuurlijk herhaald worden. En herhaald. En herhaald. Wat het voor je kind zo leuk maakt is dat hij of zij reactie krijgt op dat gekke gezwaai met die hand. Namelijk lachende én terugzwaaiende mensen. Als je kindje al af en toe in de buggy gaat, heb je kans dat hij al zwaaiend iedereen die hij onderweg tegenkomt charmeert.

Spieren trainen

Wat nog steeds een leuk spelletje is, maar stiekem ook een eerste oefening in staan, is als je je kind terwijl hij of zij op de grond zit aan de handjes langzaam naar voren tilt tot hij of zij rechtop staat. Het is waarschijnlijk maar een paar tellen leuk (daarna wordt het zwaar) maar het dragen van het gewicht op de benen, versterkt de spieren die je kindje binnenkort nodig heeft om zelf te staan.

Het zelfstandig optrekken kun je zo rond maand negen verwachten. Er zijn eerst nog andere obstakels te nemen: het kruipen. Heeft je kind dat al onder de knie? Of wordt er buikgeschoven, getijgerd of misschien wel billen geschoven? Het kan allemaal. De een kruipt pas echt met een jaar, en de ander houdt het bij billen schuiven.